21 aug 22 aug en 23 aug
Door: Maarten
27 Augustus 2007 | Verenigd Koninkrijk, Scourie
Nog vóór de wekker sta ik al buiten. Het is licht. Flarden mist hangen als guirlandes tegen de berg. Het is stil, doodstil. Geen zuchtje wind. Een bevrijding na vannacht.
Het Limburgs echtpaar naast mij, dat mij op L1 gezien heeft komt uit Horst. Hij werkt bij jeugdzorg en zij is verpleegkundige. Hun namen ben ik helaas vergeten. Met hun hond trekken ze in hun pick-up met opbouw door Schotland. Hier komen ze al jaren. “Kennen jullie een geschikte camping om de was te doen?” “Ja, rijdt naar Scourie, die camping is goed en ligt aan een baai.” Zulke hulp kan ik goed gebruiken. “Bedankt!”
De weg volgt nu niet de kust maar steekt binnendoor. Het is werkelijk ruig en mooi tegelijk. Soms rijd ik wel een half uur staande in de cabine met een gangetje van 20 km/uur, om maar niets te missen. Veel te snel naar mijn zin ben ik in Scourie.
Voor 14,50 pond kan ik één nacht blijven; twee machines wassen; twee keer de droger gebruiken en twee keer heet douchen. Dat is overtuigend genoeg; ik blijf.
“Hallo Martin! Wie ist es möglich dass Du uns überholt hast? Sylá sagte: Guck da auf dem Campingplatz steht der Martin. Trinkst Du eine Tasche Kaffee mit uns im Restaurant?”
Zo wordt het afscheid van twee dagen geleden nog even uitgesteld.
Als de Zwitserse vrienden weg zijn, eet ik hun reep chocolade in een keer helemaal op. Zo blijkt, dat ik last heb van het afscheid nemen.
De was is gevouwen en het beddengoed is verschoond. Ik neem mij voor om een wandeling in de omgeving te maken. Met de wandelschoenen in de hand word ik aangesproken door Erik en Miranda. Miranda opent met: “Ik heb je wagen met de tractor op tv gezien en nou zie ik je hier.”
“Komen jullie uit Limburg?”
“Nee, uit Zeeland”.
“Ik snap niet hoe je me dan op tv hebt gezien?”
Miranda weet het ook niet meer precies. Erik moest van haar terugrijden om te gaan kijken op de camping, die ze zojuist passeerden. Snel koffiezetten en kletsen over mijn reis en ook over de plannen van Erik en Miranda om te emigreren. Het is heel gezellig. Miranda schrijft een stukje in het gastenboek. Dan breekt de tijd voor hun aan om verder te rijden. Nog gauw foto’s maken en dan rijden ze in hun camper weg. Ik hoor beslist nog eens dat ze hun droom waarmaken.
De baai voor de camping wordt beschenen door de zakkende zon. Zilveren rugjes sieren het water. De rotsuitlopers in het water zijn dinoruggen met weerbarstige kammen. De bergen rechts van het water baden in het laatste licht. Dan stiekem, geluidloos, zonder beweging, vermenigvuldigen zich onzichtbaar miljarden minidruppeltjes en dekken de berg toe. Een grijze, kille indringer omvat onafwendbaar de bergtoppen en breidt zich uit. Geen ontkomen aan. De dinoruggen zijn al verdwenen. Tenten en caravans vervagen. De deken zuigt het landschap op. Wat rest is witgrijs, wollig, groot, stil en dreigend.
Hier ontstaan mythen.
22 Aug.
De Highlands anders.
De mist wordt steeds iets dunner op de camping. Om tien uur bedenk ik dat het veilig is om te rijden. Dat is een misrekening, want wat op de camping optrekt, is verderop dikke soep. Gelukkig is het een weggetje van niks. Alles rijdt stapvoets. De mist is een deel van Schotland. Ik vind het prachtig.
Het is helemaal geweldig als ik 25% zie staan op een verkeersbord. Ik ben allang niet meer benauwd. Ik verheug me op het manoeuvreren en schakelen. Het is gezonde spanning, die extra’s toevoegt aan mijn reis.
Een kleine misrekening is het weggetje dat ik kies met het bord; Ongeschikt voor langer dan 8 meter. Met mijn 10 meter gaat het soms bijna niet. Ik riskeer de zijkanten open te scheuren aan de scherpe rotsen. Na anderhalf uur tobben, maak ik een groot kruis als ik de voorrangsweg op draai.
In Ullapool is niks te beleven of het moet het prachtige weer zijn. Pinnen en weer door. Het kleine stadje laat ik achter me en op goed geluk ga ik opzoek naar een slaapplek. Twintig mijl verderop rijd ik het erf van een grote boerderij op. De boer, David, heeft wel schik in de drukpratende Hollander. Zoonlief Andrew en moeder Linda komen er ook bij. Ik mag de tank gratis vullen. David zegt:”Je zult de Schotten leren kennen.” Er gaan 50 liter in. Moeder nodigt mij uit voor een kop thee. Het is ondertussen zeven uur. We bespreken godsdienst, de tractor, opvoeding, de Aberdeengear, school, de Highlands, schapen houden, hobby’s en nog een dozijn andere onderwerpen. Ik voel me erg op mijn gemak. Morgenvroeg mag ik mee de heuvels in om de schapen bijeen te drijven. De tijd verstrijkt snel. Na uren vertellen en lachen begeleidt de gastheer mij met een zaklamp naar mijn wagen. Het is bedtijd. Ik start alvast met schaapjes tellen.
23 Aug.
Schapendrijven.
David, John en Martin staan al klaar. Met zijn vieren op een Quad naar de velden aan de overkant tegen de berg. John en Martin gaan op de Quad met drie honden de dieren die het verst weg zijn halen. David en ik, met twee honden, drijven de schapen in het dal bijeen. Eigenlijk doen wij niks, afgezien van het roepen en fluiten van David. De honden zijn formidabel snel en weten vaak uit ervaring, wat er moet gebeuren. Met een omtrekkende beweging drijven ze de groepjes schapen naar elkaar. David geeft een commando en één van de honden loopt in de richting waar David nog een verdwaald schaap ziet. De honden zijn onvermoeibaar. Ze doen het graag. Als de kudde in het dal verzameld is, drijven we de dieren over een brug naar de boerderij. Een uurtje later komen Martin en John met de rest van de dieren. Heel Brits gaan we nu zitten om thee te drinken.
David heeft ongeveer 1200 schapen. Ik mag helpen tellen. Daar kan ik niks van. De pluizebollen springen en schieten langs ons door een hek van slechts twee meter. Ik zit er soms dertig of meer naast op de twee- of driehonderd. Scheiden gaat door ze door een sluis te laten lopen. David bedient twee poortjes waardoor ooien in een corral links terechtkomen, de lammeren rechts en de schapen van een ander gaan rechtdoor in de sluis. Heel effectief. Zieke of gewonde dieren worden met de hand gevangen. Ze willen wel eens lachen en vragen of ik de laatste wil vangen. Natuurlijk wil ik dat. Twee meter enthousiasme zonder kennis van schapen bezorgt David, Martin en John een geweldige dag. Zelfs het schaap krijgt bijna een rolberoerte. Ik ben de naam Pluto echt niet waard. Een hond doet in drie tellen, waar ik als een kip zonder kop vijf minuten voor nodig heb. Groot is de opluchting, als ik de vlegel kan pakken en optillen. Het beest was kerngezond en dat wisten ze.
Linda komt vragen of ik wil lunchen en douchen. Dat is geweldig. Twee uur later ben ik weer brandschoon en gevuld als een kalkoen met Kerstmis.
Mocht je ooit naar Schotland gaan, dan kun je een cottage huren bij de familie Renwick. www.lochbroomcottages.co.uk Email: linda@lochbroomcottages.co.uk
De dag is al ver verstreken. Ik rijd naar Gairloch. Daar sta ik hoog boven het stadje en het meer op een onbetaalbaar mooie plek.
Ik realiseer me nu, dat ik al een maand onderweg ben in Engeland en Schotland. Als ik in dit tempo doorga, ben ik over een maand in Dover voor de oversteek. Dan is september bijna voorbij.
-
27 Augustus 2007 - 22:12
Mercedita:
Goodnight Maarten, Nu je berichtjes achter elkaar binnen komen, kan ik de pc niet afsluiten om naar bed te gaan... Alles is weer schitterend mooi en ja! Mysterieus.
Good luck for you,
Groetjes van Mercedita -
27 Augustus 2007 - 22:40
Captain Rob:
gelukkig begon al ongerust te worden. Maar je loopt niet in 7 lochs tegelijk.
Gekke jongens die schotten, maar wel aantrekkelijk bij nader inzien. Zou dat door die rokjes komen of dat stoere.
Voorzichtig in de bochten en op tijd tanken en douchen. Ik ga ook in de kooi, welterusten Maarten. Reis wel.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley